Opinie: Samsung en Google komen niet meer weg met 128GB opslag
In dit artikel:
Apple heeft als eerste grote fabrikant in het high-endsegment afscheid genomen van 128GB als instapcapaciteit: bij de lancering van de iPhone 17 op 9 september 2025 beginnen alle modellen nu standaard bij 256GB. Bij het basismodel gaat die grotere opslagruimte zelfs niet gepaard met een hogere prijs, wat de zet extra opvallend maakt.
De verschuiving staat in contrast met Samsung en Google, die dit jaar hun vlaggenschepen — respectievelijk de Galaxy S25 en de Pixel 10/10 Pro — nog met 128GB uitbrachten. Merken uit China zoals Xiaomi en OnePlus boden al langer 256GB of meer aan bij hun duurdere telefoons. De auteur van het stuk wijst erop dat Apple hiermee concurrenten onder druk zet; verwacht wordt dat Samsung’s Galaxy S26 en Google’s Pixel 11 volgend jaar ook naar 256GB zullen opschuiven om niet achter te blijven.
De reden is praktisch: 128GB blijkt anno 2025 voor veel gebruikers onvoldoende. Hoge resolutie 4K-video’s, grote mobiele games en de opkomst van lokaal draaiende AI-toepassingen slokken opslagruimte op. Ironisch genoeg is Apple, dat niet per se wordt gezien als de AI-voorloper, nu wel degene die ruimte creëert voor toekomstige toepassingen. Historisch gezien tekent de ontwikkeling: van de eerste iPhone met 4/8GB opslag tot nu, zijn de eisen sterk gestegen.
Kortom: Apples besluit kan een kantelpunt zijn voor de marktstandaard van opslag in dure smartphones, met gevolgen voor prijsstelling, concurrentie en de manier waarop fabrikanten hun basisconfiguraties aanbieden. Wie veel media of zware apps gebruikt zal zich steeds vaker tot 256GB of meer aangetrokken voelen, terwijl consumenten en concurrenten moeten wennen aan die nieuwe norm.